La Coquille

30 juli 2010. La Coquille.

Vanochtend vertrekken we om 10 voor 7 van de camping en in Les Cars lopen we door. Na 12 km pas onze 1e stop in Châlus, een bar met terras. Bij de boulangerie even een broodje gekocht. Tot dan is de route veel asfalt, maar na Châlus lopen we veel mooie veld- en bospaden langs meertjes en stroompjes. Avontuurlijk wandelen zonder junglefauna. Kort voor Firbeix worden we opgevangen door een delegatie van de Franse pelgrimsvrienden. In het park wordt eerst een richtingsbord naar Santiago onthuld, daarna wacht ons een uitgebreide lunch onder een afdak in de schaduw. Verschillende salades, brood, vleeswaren, sapjes en appelcider. De voorzitter komt ons vertellen dat we toch in de refuge in La Coquille kunnen slapen. Tijdens de lunch komt een meisje aanlopen. Flora, 20 jaar, uit Graz in Oostenrijk. Ze is daar begonnen met haar pelgrimstocht, 700 km tot in Vorarlberg en vandaar gelift naar Frankrijk voor een of ander festival. Sinds 2 dagen is ze onderweg op onze route. Vandaag is ze enigszins verdwaald en heel blij ons te zien. Uiteraard doet ze mee met de lunch, en in La Coquille kan ze haar tent naast de refuge zetten. Per dag heeft ze slechts € 7 te makken voor eten/drinken, slapen moet liefst voor niks.
De lunch duurt 1,5 uur, daarna lopen we in een grote groep de 10 km naar La Coquille. Daar trekt over de heuvels door het groene land de lange stoet de bergen in hun route in de hand (vrij naar BdG). Aangekomen in de schelp drinken J-J, Incy en ik eerst ons aankomstbiertje op een terrasje, de rest staat te wachten tot iedereen binnen is, bij elkaar 30 man. Biertje is leuker dan wachten.

De refuge is gewoon goed, slaapkamer met 2 stapel- en 2 gewone bedden, 2 douches en een goed gevulde keuken. De scouts slapen weer in hun tentje naast de refuge. Er is ook een hospitalero, vanavond eten we hier met de grote groep het avondmaal en morgen krijgen we ontbijt. Dat alles voor slechts 10 euro. Ik doe nu wel mee, wil niet steeds spelbreker zijn, bovendien staat mijn bed om de hoek en morgen hoeven we maar 19 km. Vandaag was 31 km met veel klimmen en een warme zon. Kortom, mooi gewandeld, moe maar voldaan aangekomen en ons biertje verdiend. Voor het eten besluit ik mijn baard van dik 2 dagen weg te gaan scheren en tref Daniel in de badkamer met hetzelfde idee. We delen de wastafel en de spiegel, best intiem, we scheren nog wel ieder onze eigen wangen. Daarna ga ik eens buiten kijken, de klok slaat 7, mijn maag slaat “eten” en buiten hoor ik een persoon gewichtig praten. Tijd voor social talks dus. Ik kom te laat aan tafel, maak excuses en zeg, maar ik ben wel glad geschoren. Mijn buurvrouw wil dat meteen cheek-to-cheek controleren (geen zorgen Janny, ze is denk ik 70), en reageert van oh-la-la, c’est tres glad.
De avondmaaltijd wordt een groot feest. We eten meloen, salades, een bonensoep, kippeboutjes en kaas na. Uiteraard spoel je dat weg met wijn, veel wijn. Mij wordt op een gegeven moment een 3e kippeboutje aangeboden dat ik weiger, ik maak de opmerking dat teveel kip slecht is voor mannen. Waarom? Daar krijg je borstjes van, bij onkunde van het woord dan maar de handen erbij. Jean-Marcel krijgt de smaak ook goed te pakken en opent 2 flessen Vino tinto de Irache, de wijn uit de Spaanse streek van de gratis wijnbron.
Ik klets wat af in het Frans, en wordt al doende dikke maatjes met de responsable, Jean-Michel (of Jean-Marie, dat ben ik even kwijt), president van de Franse Association des Amis et Pèlerins de Saint-Jacques du Limousin-Périgord (poeh-poeh). Dat wordt nog sterker als we tig keren het pelgrimslied gaan zingen, in verschillende variaties met vrouwen het refrein en mannen het couplet, en enkele mensen die solo moeten inzetten. Tot ik er zat van heb en de rapversie van het pelgrimslied ten beste geef. Daarna kan ik niet meer stuk bij Jean-Michel/Marie. Hij geeft me een big five en zegt toe dat we alle routes door de Périgord onderdak krijgen en dat hij het avondeten regelt. En op het verzoek van Incy en mij om Flora op het lege bed te laten slapen reageert hij goedkeurend. Daarna spreekt hij Flora toe dat ze de volgende etappes met ons moet meegaan, kan slapen (voor niks) en meedoet met het avondeten. Ik mag het vertalen in het Duits. Flora slaakt een juichkreet en de Fransen zijn zichtbaar geroerd door die dankbaarheid voor hun gastvrijheid. Ook ik krijg er een warm gevoel van in mijn hart, er zijn ook zoveel overeenkomsten met mijn dochter Marlies en deze meid is nog eens 3 jaar jonger en heeft zoveel lef om met een zeer beperkt budget op stap te gaan. Dan voelt het goed als je iets kan doen. De Franse amis laten weten het een zeer geslaagde avond te hebben gevonden, en zo is het. Bonne nuit.

Vorige bericht                                                                       Volgende bericht

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.