26 September 2018: naar Soto del Barco 8 km

Van 26 september t/m 12 oktober 2018 ben ik onderweg geweest op de Camino del Norte, vanaf vliegveld Asturias naar Santiago de Compostela. Hieronder mijn wandelschema, door op de datum te klikken kom je direct bij het verslag van die dag.

DATUM VAN NAAR KM
26 september Vliegveld Asturias Soto del Barco 8
27 september Soto del Barco El Pito 13
28 september El Pito Soto de Luiña 13
29 september Soto de Luiña Cadavedo 20
30 september Cadavedo Luarca 15
1 oktober Luarca Navia 20
2 oktober Navia Tapia de Casariego 21
3 oktober Tapia de Casariego Vilela 21
4 oktober Vilela Vilanova de Lourenzá 21
5 oktober Vilanova de Lourenzá Gontán/Abadín 22
6 oktober Gontán/Abadín Vilalba 21
7 oktober Vilalba Baamonde 19
8 oktober Baamonde Miraz 15
9 oktober Miraz Sobrado dos Monxes 25
10 oktober Sobrado dos Monxes Arzúa 22
11 oktober Arzúa Pedrouzo 19
12 oktober Pedrouzo Santiago 21

De film van deze camino staat op YouTube. Ook via het tabblad “Video’s” hierboven kom je dan bij die film.
——————————————————————————————————————–
Op 26 september 2018 vlieg ik om 7.35 uur van Schiphol naar Madrid, aankomst 10.10 uur. Vanuit dezelfde terminal vlieg ik om 11.40 uur door naar Asturias waar ik om 12.50 uur land. In het vliegtuig spreek ik 3 Nederlanders die de Camino Primitivo gaan wandelen. Ik vertel hen waar buiten het vliegveld de bushalte naar Oviedo is. Zelf ga ik eerst een broodje eten en mijn rugzak uit de flightbag halen en rugklaar maken. Ondertussen blader ik even door de gids die ik voor deze camino gebruik:
Om half 2 stap ik naar buiten, thuis op Google Maps al gezien dat ik maar 1 km de N-643 hoef te volgen om bij de camino te komen. Dat is op het punt waar van links de camino van Santiago del Monte de N-643 kruist, ik sla hier rechtsaf en begin aan mijn eerste pittige klim. Dan kom ik in een Eucalyptusbos, fijn wandelen in mooi weer.
 Dan begint de afdaling naar de monding van de Río Nalón, ik krijg zicht op het dorp El Castillo, genoemd naar het kasteel op de heuveltop.

El Castillo

Een eindje verder vanaf een platform een mooi uitzicht op het kasteel en de Río Nalón.

Monding Río Nalón

Vanaf El Castillo langs de doorgaande weg afdalen tot de grote rotonde bij Soto del Barco, hier staat langs de N-632 duidelijk aangegeven waarheen morgen mijn camino verder gaat. Mijn hotel heb ik snel gevonden, is eigenlijk te luxe voor een pelgrim, maar ik kon met boeken niets anders vinden. Vanaf de parkeerplaats een mooie terugblik op El Castillo,
het hotel zelf biedt eigenlijk wel erg veel luxe voor de prijs die ik ervoor betaal. Daarvoor krijg je in Nederland een bescheiden B&B-kamertje.
Waarschijnlijk toch een oud paleisje geweest.
Zo luxe zal het deze camino niet meer worden! Ik ben er al iets na 15 uur, na het inchecken eerst een caña. Krijg er 2 tapas bij, het biertje kost maar € 2. Bij de 2e krijg ik zelfs 3 tapas. Ik reserveer een eetplek in het restaurant voor half 9. Daarna loop ik even het centrum van Soto del Barco in, stelt weinig voor. Wel een kleine supermercado waar ik na 17 uur een fles water kan kopen. In Spanje vul ik mijn camelbag altijd met flessenwater en nooit met kraanwater vanwege het vele chloor dat hier aan het water wordt toegevoegd. Op het terras van een bar met uitzicht op de rotonde drink en eet ik nog wat, zie ondertussen toch verscheidene pelgrims langskomen. Zojuist hier even een Tsjechische gesproken, onderweg al 2 gezien, hier bij een andere bar 4 pelgrims. Om half 6 ben ik terug op mijn kamer en besluit even te gaan liggen i.v.m. de korte nachtrust van afgelopen nacht. Om 20.25 uur schrik ik wakker! Snel naar beneden, ik eet een ensaladilla russa, tuna, en als postre flan. Zoals gebruikelijk gaat dat snel hier in Spanje, binnen het uur zijn de 3 gangen weg. Terug naar bed, de rest van de verloren slaap inhalen, de kamer is erg stil.

                                             VERDER NAAR VOLGENDE DAG

27 September 2018: Naar El Pito 13 km

Heerlijk geslapen, ik voel me uitgerust als ik om 7.30 uur naar de ontbijtzaal loop, ik heb zin in de wandeling van vandaag. Wel wat spannend, want ik ga de variant via Esteban de Pravia lopen. De weg eindigt daar na de haven bij de oceaan, daar liggen trappen omhoog naar de Espíritu Santo met kapel en uitkijkpunt. Maar volgens de gids waren de trappen vermoedelijk tot eind juni afgesloten, dus afwachten hoe dat nu is. Wat kleine zoete broodjes, fruit en koffie en dan lekker naar buiten, het is 8 uur geweest en net licht genoeg. Direct via de N-632 de Río Nalón over, links een klein haventje van Soto del Barco.
Bij de splitsing waar de camino rechtdoor gaat naar Muros de Nalón sla ik rechtsaf richting San Esteban, een rustige weg. Al snel krijg ik de opkomende zon te zien boven de Ría de San Esteban.

Ría de San Esteban

Ik loop langs de jeugdherberg alias pelgrimsrefugio, die sinds dit voorjaar helaas gesloten is, naar de haven.
Mooi hier, de weg eindigt abrupt bij een zitplek aan de kust, de trappen omhoog zien er gerestaureerd uit.
Mooi om de Cantabrische Zee zo woest tekeer te zien gaan.
Dan begin ik aan de vele traptreden omhoog de klif op, halverwege al een mooi uitzicht naar het oosten.
Dan kom ik boven bij het uitkijkpunt “Mirador del Espíritu Santo”, genoemd naar de kapel die hier staat. Schitterend gewoon, dat belooft wat voor de komende dagen.

Kapel El Espíritu Santo

Bij de kapel staat een infobord over een Spaanse film, die in 1983 een Oscar gewonnen heeft, en waarin enkele scenes bij deze kapel gedraaid zijn.

Na een tijdje genoten te hebben van het overweldigende uitzicht en de rust hier ga ik verder. Ruim 6 km loopt een pad over de kliffen met prachtige uitzichten op de zee. Een oudere Spanjaard spreekt me aan, ik kan zijn Spaans nauwelijks volgen, hij is 74 jaar en loopt met me mee om te laten zien welk pad ik straks moet nemen. Bij het volgende uitzichtpunt, Mirador de la Atalaya, moet ik links een paadje iets naar beneden volgen.
We nemen afscheid, hij heeft brood bij zich voor zijn paard hier vlakbij, ik volg het kustpad. Eerst kom ik langs een mooi gelegen picknickplek,
en weinig verder bij het volgende uitzichtpunt, de Mirador del Alto de las Llanas.

Mirador de Alto de las Llanas

Een kwartier verder krijg ik van boven de Playa de Veneiro te zien.

Playa de Veneiro

Het pad loopt helemaal naar beneden, dus ga ik even op het strand zelf kijken. Aan de andere kant van de klif ligt de Playa de Aguilar, waar een strandtent is.

Strandtent Playa de Aguilar

Na 3 uur onderweg over een schitterende route nu eerst een lekker bakkie koffie en een cola. Geen bocadillos, geen stempel, wel een zakje chips. Tijd genoeg om te genieten van het strand met uitzicht, nog slechts 4 km te gaan tot mijn slaapplek. Ik volg de asfaltweg langs het grote strand.
Dan draait de asfaltweg weg van het strand en behoorlijk omhoog. Zo sta je op het strand, zo zie je het van bovenaf.
Een half uurtje later kom ik in El Pito op weg naar mijn pension Alvaro eerst langs paleis Selgas.

Palacio Selgas

Om 12.45 uur ben ik bij Alvaro, pas vanaf 14 uur kan ik me aanmelden. Ik loop eerst een stukje verder, langs de kerk,
maar in dit stuk kan ik zo gauw geen bar ontdekken. Dan maar terug, tegenover het paleis was wel een bar. Hier een broodje gegeten en biertje gedronken, lijkt me ook een goede plek voor het avondeten.

Ondertussen wat lezen en dagboek schrijven. Mooi weer om op het terras te zitten, jammer dat er een stel notoire rokers zit, ik probeer een rookvrij hoekje te vinden. Om 14 uur terug naar Alvaro, prima kamer met kleine badkamer. Geen avondeten en ontbijt hier.
Later die middag keer ik terug naar het terras bij de bar, hier een Fransman en Italiaans stel, pelgrims, met elkaar in gesprek. Ik zie veel pelgrims langs komen, ook na 16 uur nog! Lopen waarschijnlijk door naar Soto de Luiña 11 km verder.
Om half 8 loop ik toevallig gelijk op met 3 pelgrims uit Vorarlberg, Feldkirch, die ook in Alvaro slapen. We gaan samen aan tafel, zij lopen in het kader van een weddenschap. Elk heeft 2 kinderen, en zodra de laatste zijn “Abitur” had gehaald zouden de vaders een camino gaan wandelen. Zij hebben echter een erg strak schema, waardoor zij stukken met bus of taxi doen om hun terugvlucht te kunnen halen. Een van hen komt oorspronkelijk uit Süd-Tirol, onder Bolzano, en heeft als kind bij de priesters op internaat gezeten in Dorf Tyrol boven Merano. Dat kennen Janny en ik goed, ook de Forst Brauerei in Merano/Algund komt uitgebreid ter sprake. Om 21.30 uur terug op mijn kamer, scheren en slapen.
Vandaag was slechts 13 km, maar het was het hele stuk door genieten. Na het lezen van de route-info voor morgen heb ik alweer zin om op pad te gaan!

TERUG NAAR VORIGE DAG                         VERDER NAAR VOLGENDE DAG

28 September 2018: Naar Soto de Luiña 13 km

De directe camino naar Soto de Luiña is 11,2 km maar ik loop de variant over Cudillero, ruim 13 km. Volgens de gids een van de aardigste havenplaatsjes van Asturias, maar de 7 km lange weg via Cudillero is steil, vermoeiend en landschappelijk weinig interessant. Eigenwijs als ik ben wil ik daarover mijn eigen mening vormen. En daarvan krijg ik geen spijt!
Als ik iets na 8 uur buiten kom is het grijs, de grond is vochtig, de lucht voelt klammig aan. Het regent niet, maar het zou me niet verbazen als dat zo begon. Lekkere temperatuur om te wandelen. Hoewel de stoep langs de doorgaande weg wat smal is, is het goed te doen, na 2 km wandel ik al Cudillero binnen.
In Cudillero meteen steiler naar zeeniveau afdalen.
Ondertussen speur ik ook naar een open bar voor mijn ontbijt. Leuke straatjes met gekleurde huizen,
ik besluit eerst door te lopen naar het eindpunt bij de haven.
Echt een leuk plaatsje! Nog erg rustig zo vroeg, een paar marktkramen worden opgebouwd. In bar El Rincón de Taty bestel ik koffie met een bocadillo, 2 grote stukken, een voor direct en een in de rugzak. 
De asfaltweg Cudillero uit is inderdaad steil en weinig spectaculair, maar ik heb het er graag voor over. Onderweg in Villademar loop ik langs een fraai buitenverblijf.
Hier doe ik iets niet goed, of de route is gewoon onduidelijk, ik kom in ieder geval iets eerder uit op de N-632 dan volgens mij de bedoeling is. Dat is op zich geen probleem, maar hier is de N-632 afgesloten, en de route door Rellayo is onduidelijk. Ik loop eerst vast op een doodlopend pad naar een erf, weer terug, dan wijst iemand met een kruiwagen mij de juiste weg. Een even verder staan weer de officiële caminopijlen. De route loopt onder de snelweg door.
Dan krijg ik in de buurt van La Magdalena uitzicht op de Playa Concha de Artedo.
De route blijft op hoogte en loopt door bosachtig gebied langs beekjes, mooi wandelen richting Mumayor.
Dan kom ik in het verstilde boerenbergdorpje Mumayor, een bar kun je hier wel schudden.
Dat wordt een pauzeplekje op een bankje iets verderop, met een prachtig uitzicht. Met brood en water, prima.
Terwijl ik aanstalten maak om weer verder te gaan komen net de 3 Vorarlbergers langs, ik besluit aan te haken en samen lopen we op naar Soto de Luiña.
Zij willen hier de bus nemen naar Cadavedo, 20 km verder. Ik slaap hier in het al geboekte Hostal Paulino, meteen na de brug rechts. Het is pas 12.15 uur, maar inchecken is geen probleem, eerst buiten een biertje op het terrasje. Daarna met de sleutel naar binnen, een 1p-kamer met groot bed, wastafel, met gedeelde badkamer ernaast. Voor € 15 perfect! Er is nog niemand anders, dus ik ga lekker douchen en mijn wasje doen, dat in de tuin kan hangen. Even het centrum verkennen, maar dat stelt weinig voor.
Ik zoek het terras op bij Bar Ecu, bestel een Cerveza en 2 pincho’s voor € 1,50 per stuk. Dat blijken echter grote stukken brood met serranoham en chorizo te zijn, had ik niet verwacht, zoveel voor zo weinig geld. Het is inmiddels half 3, dus rustig blijven doorkauwen. 
Begin van de avond zoek ik in het centrum de supermercado op voor een appel en een fles water. Bij Bar Ecu eet ik later een eenvoudige hamburger, dat is genoeg vulling. Ik vermaak me best zo in mijn eentje op een terras of in een bar, beetje lezen, schrijven, om me heen kijken, af en toe een praatje. Janny gebeld vanaf het terras, daarna naar de kamer terug. Ik heb hetzelfde gevoel als enkele jaren geleden, mijn lijf presteert beter dan vorig jaar, ik krijg ’s avonds alweer zin in de etappe van morgen!

TERUG NAAR VORIGE DAG                         VERDER NAAR VOLGENDE DAG

29 September 2018: Naar Cadavedo 20 km

Vandaag blijkt een van de mooiste, misschien wel de mooiste van deze camino te worden! De routegids, beschrijft het al, veel klimmen en dalen, veel beken over, met een onverwachte uitsmijter aan het eind van de dag.
Het is nog bewolkt, maar het trekt al open dus zal het wel warm en zonnig worden, mooi! De sokken zijn nog niet droog dus die hang ik aan de rugzak. Aan het eind van Soto de Luiña ligt naast het hotel een mooie grote bar, hier neem ik een prima desayuno met koffie en pan tostada, € 3. Daarna de doorgaande weg oversteken en direct een steil pad omhoog. Ik spreek even kort een Française die elk jaar ongeveer 8 dagen loopt, dit keer tot Ribadeo. Elke ochtend belt ze met haar broer thuis, die volledig blind is.
In Albuerne kom ik langs de Capilla de Santolaya.
Verder door de natuur, omlaag, de 1e beek over.
Zonder stokken misschien wat lastiger, maar met de stokken vlieg ik er zo overheen.
De zon is volop gaan schijnen, maar het bos biedt lekkere koelte in de schaduw.
De combinatie van het weer met de soms ruige paden maakt, dat ik het geweldig naar mijn zin heb vandaag.
Na ruim 5 km kom ik in Novellana bij bar Donde las Nenas. Ik twijfel even, beetje vroeg, maar besluit toch een koffie te nemen, ik ben tenslotte 1,5 uur onderweg. Na de koffie een punt met mooi uitzicht op waar de Playa del Silencio beneden moet liggen.
Het pad gaat weer omlaag, inmiddels de 4e beek die overgestoken moet worden.
In Santa Marina, na ruim 9 km, zit de volgende bar. Te vroeg, ik ga voor de volgende na 12 km in Casa Fernando.Bij Ballota weer een mooi uitzicht op de kliffenkust.

Helaas, verkeerd ingeschat, Casa Fernando is juist op deze zaterdag dicht! Mijn geluk is, dat de route daalt, en 100 meter vóór de oceaan naar links omhoog draait. Voor mij echter ligt het kiezelstrandje van Playa del Cabo, perfecte plek voor een lunchpauze.
Drie Duitsers zitten hier al, vader Hans uit Frankfurt met zijn zoon en nicht. Kort daarna komt ook Kurt uit Stuttgart aan, die zal ik deze camino vaker gaan zien. Prachtig hier, zittend op de rotsen, een broodje en een appel eten en genieten van het geluid van de golven en het uitzicht. Ik geniet tot op elke vezel van mijn lijf.

Na een tijdje toch maar verder, er valt nog zoveel moois te ontdekken. Vanaf het strand loopt het pad steil omhoog, boven op de klif wederom een mooi uitzicht naar het westen.
Het paadje loopt hier vlak langs de rand, wel een mooi uitzicht, maar met mijn hoogtevrees wel erg steil naar beneden, dus ik vind mezelf al erg dapper dat ik zo dichtbij de rand durf te komen.
Een paar minuten verder alweer een prachtige terugblik op de kust naar het oosten.
Vandaag minstens 7 keer een beek overgestoken, dat betekent iedere keer omlaag naar waar de beek richting zee stroomt, en aan de andere kant weer omhoog. Mooie kuitentraining. Het bospad wordt een veldweg, dan een betonpad, en aan het begin van Cadavedo zie ik plots een bord staan met de naam van mijn hostal, of iets wat daarop lijkt. Even checken op Maps in de iphone, maar het klopt, ik ben er al.

Bij het tuinhek komt Alicia me al tegemoet, heel aardige dame. Ik heb een prachtige kamer en moet de badkamer delen met een andere slaapkamer, maar daar zijn (nog) geen gasten voor. Ze geeft me eerst een glas koel vruchtensap, meteen het ontbijt voor 8.30 uur (zondag!) afgesproken. 
Douchen, kleren wassen, kunnen in de tuin hangen. In het centrum drink ik bij bar La Regulina een biertje op het terras om mijn dagboek bij te werken, in de schaduw is het best fris in de wind. Ik ga verder naar het centrum voor water, bij Bar El Salón drink ik nog wat, maar het menu is hier pas vanaf 20 uur. Terug langs de winkel voor water, appel en kaasjes onderweg. In de Hostal geeft Alicia mij de route naar Ermita de la Regulina, slechts 1 km lopen. Deze Ermita ligt op een geweldig klifpunt met rondom uitzicht.
Vanaf de klif het uitzicht naar het westen:
en naar het oosten:
en recht vooruit.
En onderaan de klif ligt het strand van Cadavedo.
Na een tijdje genieten van deze grandioze plek loop ik terug naar Bar La Regulina voor het menu: pesantes con jamon (erwtjes), daarna vis (7 kleinere vissen?). Voldoende gegeten, veel voller van de indrukken van vandaag dan van het eten zoek ik de nachtrust op.

TERUG NAAR VORIGE DAG                         VERDER NAAR VOLGENDE DAG

30 September 2018: Naar Luarca 15 km

Na een goede nachtrust en goed ontbijt loop ik om 9 uur naar buiten, eerst helemaal Cadavedo door. Het is lichtgrijs met een aangename wandeltemperatuur. vandaag maar een echte flinke klim, na Cadavedo eerst relatief vlak over veldwegen.
Vergeleken met gisteren niet echt spectaculair, wel lekker wandelen over rustige wegen en paden. Na 8 km kom ik in Canero bij Hostal Canero met Albergue Playa de Cueva, goed voor koffie met een Napolitano (chocoladecroissant). Ik tref hier de 3 Duitsers weer, en een groepje van 4 Spanjaarden die met lichte rugzakken lopen, de rest wordt vervoerd. Verder geen pelgrims, zijn zeker al eerder op pad gegaan om vandaag een grotere afstand af te leggen. 
Na de rust steek ik de Río Esva over en volg een stukje het pad erlangs.
Bij gebrek aan spectaculaire beelden fotografeer ik het kerkje San Sebastian de Barcia, zoals de meeste kerken hermetisch afgesloten.
Voor het volgen van de route is de gids nauwelijks nodig, deze wordt goed aangegeven onder andere met dit soort tekens:
Het hoogtepunt vandaag is duidelijk tot het laatst bewaard, als ik vanaf Villar ineens uitzicht krijg op Luarca aan de andere kant van de Río Negro (zou zo de naam van een western met John Wayne kunnen zijn). Wat een mooi gezicht op het centrum met de haven.
Een eindje verder naar beneden krijg ik de haven met de tegen de zee beschermende pieren nog beter te zien.
Via een mooie steile straat daal ik af naar het centrum.
Met hulp van Maps vind ik snel de route naar Hotel Dabeleira. Het is half 2, maar ik kan toch al inchecken, mooie kamer met badkamer op de 3e verdieping. Eerst de rugzak weg, dan ga ik om de hoek in een bar een koffie drinken en bocadillo eten. Na deze lunch zoals gebruikelijk douchen, wasje doen en rusten. Rond half 5 weer het centrum in, vlakbij het hotel een monument als eerbetoon aan water.
Op de Plaza Alfonso een foto van de Ayuntamiento,
en van de Río Negro in het centrum, met lage waterstand.
Na een rondje centrum eindig ik voorlopig op een terrasje aan de haven. In de zon is het hier goed zitten, in de schaduw is het met de wind te fris.
Biertje, lekker mensen kijken, ondertussen dagboek bijwerken, heerlijk. Vlakbij hangt aan de buitenmuur een houten, antieke barometer:
Ik koop ergens een fles water, vind een ontbijtplek voor morgen, ’s avonds kuier ik langs de pier richting zee, waar op een klif de vuurtoren met daarachter een kerkje ligt.
Vanaf hier nog even een blik op de stad,
dan loop ik weer naar de haven om bij Restaurante La Pizzeria daar een pizza griega te eten. Iemand vertelde mij dat hier uit Luarca een Nobelprijswinnaar komt. Thuis opgezocht, blijkt Severo Ochoa de Albornoz te zijn, die in 1959 de Nobelprijs voor Fysiologie kreeg voor zijn synthese inzake nucleïnezuren DNA/RNA (vraag me s.v.p. geen details). Na de pizza ga ik iets verderop bij Bar Muelle 3 met een wijntje op het terras zitten,
krijg er pelpinda’s bij, een tijd genietend van de laatste mooie blikken over de haven.

TERUG NAAR VORIGE DAG                         VERDER NAAR VOLGENDE DAG

1 Oktober 2018: Naar Navia 20 km

De mooie ontbijtbar die ik gisteren had gepolst en vandaag om 7.30 uur open zou zijn is dicht! OK, ik ben 2 minuten te vroeg, maar het is hartstikke donker binnen. Ietsje verder zit een bar La Troya die wel open is, en ook ontbijt serveert. Duitser Hans met zijn zoon, en een Fransman, zitten hier ook, de nicht is inmiddels naar huis (werken). Voor € 3,50 een kop koffie en 1 pan tostada is niet echt Spaans goedkoop, maar deze bar is echt uniek ingericht,
met veel dinky toys, oude foto’s, en geen TV aan, maar jazzmuziek! Als ik na mijn ontbijt naar de route loop kom ik langs de 1e ontbijtbar die nu wel open is, tja.
Nog voor 8 uur loop ik Luarca uit, in het donker dat schaars verlicht wordt door de spaarzame lantaarns. Het eerste stuk is simpel alsmaar omhoog, tegen de tijd dat ik mijn gids moet raadplegen over de route is het daglicht voldoende.
Veel over asfalt vandaag, bij Los Romedios kom ik langs een oud kerkje, dicht.
Het is droog, maar grijs, goede wandeltemperatuur. Weidelandschap in heuvelland, het zou zomaar Limburg kunnen zijn.
De route klimt verder naar Hervedosas, een gehucht zonder voorzieningen. De zon doet zijn best door de wolken heen te breken.

Nog een stuk verder omhoog, dan opent zich de blik richting zee.
Vandaag weer eens lang lopen voor er ergens een bar is, zo kom je wel van de koffieverslaving af. Na ruim 12 km kom ik in Villapedre, hier is een bar, onderweg al tig borden gezien met de aankondiging ervan. Kom ik hier, zit die ….tent dicht, terwijl het bord op de deur zegt “ook vandaag, maandag, vanaf 6 uur open”. Mooi niet dus. Ik vestig mijn hoop op Piñera, waar ik eerst langs de kerk kom. In het voorportaal van de kerk kan ik beschut tegen de frisse wind zitten, eet hier een paar blokjes kaas en mijn appel. Ik ga verder en wandel langs de erg afgelegen gemeentelijke herberg, gevestigd in de voormalige dorpsschool.
Ziet er wel sfeervol uit. In Piñera zelf echter evenmin een bar.  Dan verder, naar eindpunt Navia is nog maar 5 km. Eindelijk, 3 km verder in La Colorada, ligt hotel Blanco met een bar. Goed voor een koffie, broodje en stempel. Enkele pelgrims zitten hier al. Nog een stukje door een mooi bos, weer eens een beek over.
Dan de laatste 1,5 km naar Navia, waar ik gereserveerd heb voor een bed in Albergue San Roque. Ik meld me als eerste pelgrim bij hospitalero Aurelio, heel aardige kerel. Het is een mooie, nieuwe (2017) herberg aan de rand van het centrum. Stapelbedden in afgeschotte ruimtes met voldoende ruimte ertussen, met eigen locker, stopcontact met schapje, mooi sanitair, grote leefkeuken. En een wasmachine (en wasdroger, niet nodig met dit zonnige weer), die ga ik gebruiken. Terwijl ik me inschrijf krijg ik wat stukken meloen van hem. Na de douche gaan de kleren in de wasmachine en ga ik ondertussen op bed rusten. Als ik na 3 kwartier wakker word en mijn was wil ophangen heeft Aurelio dat al gedaan! Hij laat me een map van het centrum zien, dat ik vervolgens ga verkennen. Heeft veel minder te bieden dan Luarca; een parkje bij de Ría de Navia, met een grote beeldengroep van de hier geboren Alfonso Iglesias Lopez de Vivigo, tekenaar, toneelschrijver en schilder.
   

Bij de haven waar de scheepswerven de overhand hebben boven de plezierboten zoek ik een terrasje uit om bij een bakkie koffie mijn dagboek bij te schrijven. Beschut, de wind is erg fris. Dichter bij de herberg ga ik achter op een terras bij een mooie Sidrería zitten voor een lekkere caña. Ik lees zoals gebruikelijk mijn routegids voor de route van morgen, twijfel verder of ik wel zin heb in de herbergen in Vilanova de Lourenzá en Baamonde. Misschien ga ik nog wat anders regelen.
Terug in de herberg krijgen we om 18.30 uur uitleg van Aurelio over de diverse caminovarianten voor morgen en daarna. Sinds kort is de traditionele route nieuw leven ingeblazen, na Porcía sla je dan af richting Tol en Vegadeo om eventueel vandaar door te gaan naar Mondoñedo. je mist dan Tapia de Casariego. Aurelio geeft geduldig uitgebreid uitleg, in het Engels, hij doet echt zijn best. Prima plek hier.
Dan regel ik voor Vilanova de Lourenzá een slaapplek bij Casa Gloria, eigen kamer met badkamer voor € 30, scheelt slechts € 17 met een stapelbed in Albergue Savior.

Op weg naar de supermercado een typerend straatje voor het oude centrum.
Bij een supermercado haal ik water, kaasjes en een appel, dan ga ik naar Sidrería  La Magaya voor mijn avondmenu:
Ensalada corcanti de pollo (weinig sla, veel kip, wel lekker) en als postre Flan de Chocolate Blanco, lekker! Het valt niet mee om hier in Spanje voldoende groenten te eten bij je menu.
Om 21 uur terug in de herberg, niet veel later kruip ik in mijn slaapzak. Mijn Spaanse medepelgrims moeten nog komen, zoals gebruikelijk altijd later en niet bepaald stilletjes.

TERUG NAAR VORIGE DAG                         VERDER NAAR VOLGENDE DAG

2 Oktober 2018: Naar Tapia de Casariego 21 km

Een Spanjaard met gesnurk is dus genoeg voor een onrustige nacht, en wonder boven wonder was het niet degene met de bolle buik. Met een oordop in enigszins gedempt, de rest van het slaaptekort haal ik komende nacht wel in op mijn hotelkamer. Iets na 8 uur ga ik naar buiten op weg naar een bar voor ontbijt. Daar zit Debby, 67 jaar, uit Colorado Springs, gisteren in de herberg ontmoet. Zij liep samen met een Nederlands en Engels meisje, maar die twee gaan samen verder. Debby zoekt duidelijk aansluiting, vroeg me gisteren al of ik snel liep. Meteen gezegd dat ik het liefst alleen wandel, eigen tempo, stoppen wanneer ik wil om foto’s/films te maken. Als ze na mijn ontbijt blijft wachten (zij is allang klaar) herhaal ik dat nog maar eens, ik ga ook nog rustig naar de WC.
Het is koud buiten, ontzettend helder, het zal erg zonnig worden. Navia uit via de brug over de Ría de Navia.
Aan de andere kant van de Ría gaat het omhoog, met een mooie terugblik op Navia.
Hier loop ik al gauw Debby in de rug, die duidelijk erg rustig aan doet. Ook een Deens echtpaar loopt hier, evenals Juan uit Madrid, spreekt alleen Spaans. Juan is helemaal gek van het strand, als hij er bij een in de buurt komt gaat hij zwemmen. Bij elke herberg zie je dan ook steevast zijn zwembroek te drogen hangen.
Na 2 km passeren we een bijzondere “spoorwegovergang”.
Dan komen we langs de kapel van Jarrio.Voor de rest is het traject weinig interessant, veel over asfalt, langs maisvelden en weilanden.
Weer iets verder langs een traditionele wasplaats, niet echt een oudje.
Na een km of 8 komen we eindelijk weer eens over een bospad.
Nog eens 2 km loop ik La Caridad in, waar Bar El Chiringuito is: koffie met Napolitano. De volgende 10 km naar Tapia de Casariego is er geen bar meer. Verder over veel asfalt, door weinigzeggende gehuchtjes. Kort voor Porcia ligt een oude brug naar dit dorpje.
Van de laatste 5 km naar Tapia de Casariego zijn de laatste 500 meter het mooist, als ik richting de kliffen aan de zee wandel. De route draait pal voor de zee naar links.
Op deze klif ligt aan het begin van de stad de gemeentelijke herberg, met vanaf het terras aan de achterkant een prachtig uitzicht.
Het waait hierboven wel gigantisch, ondanks de volle zon is het fris. Ik loop even met Debby mee de herberg in, zij slaapt hier. Ik wandel verder naar het centrum op zoek naar hotel Puente de los Santos, op richtinggevoel stop ik in een straat en word aangesproken door een inwoner. ja, het hotel is een paar honderd meter de andere kant op, na het tankstation. het is net 14 uur geweest, dus ik kan inchecken, receptie op de 1e etage, net als mijn kamer. Ik krijg een plattegrond mee van de stad, met de suggestie voor een mooie rondtoer langs de verschillende stranden. Eerst ga ik dichtbij een biertje drinken in Sidrería Terraza, een winkel voor water straks zit hier vlakbij. In de bar een leuk tegelbord.
Daarna douchen, wasje, dan de strandroute lopen. Die is echt fenomenaal, de route vandaag viel tegen, maar dit is geweldig. het 1e strand waar ik kom is de Playa de Maleguas.
Verscheidene surfers vermaken zich prima in de ruige golven.
Ik loop de route verder naar het oosten langs Playa de Furadas.
Dan kom ik langs een uitkijkplateau, waar twee antieke gaslampen op een pilaar staan, tussendoor is de “moderne” vuurtoren van Tapia te zien.
De route draait richting de vuurtoren met daaronder de toegang tot de haven.
Ik loop om de haven heen,
aan de overkant de hoek om en weer omhoog, waar ik uitzicht krijg op de kliffen waarop de herberg moet liggen.
Wat een geluk om met dit mooie zonnige weer deze toer te kunnen lopen. Na een dik uur wandel ik via kleine straatjes terug naar beneden, naar de haven, bij Bar La Muelle zoek ik het terras op voor een koffie. Terwijl ik mijn dagboek zit bij te werken en de route voor morgen alvast bekijk, komen Debby met Stephan (Berlijn) en Josef (München) aanlopen, later voegt ook Kurt (Stuttgart) zich bij ons. Stephan en Josef zijn erg op zichzelf, teruggetrokken. Er zijn weinig restaurants open, na het hoogseizoen sluiten ze en gaan de eigenaren zelf met vakantie. Wat open is, gaat pas vanaf 20 uur open. Navraag binnen in de bar leert, dat A Menos Quarto wel open is. Wij hebben honger, dus daarheen. Het blijkt een simpele hamburgertent te zijn, met enkele doorgewinterde drankinnemers aan de bar. De hamburger met frietjes smaakt echter goed, inclusief een glas rode huiswijn á € 0,60! 
Na het eten gaan we terug naar de haven naar La Muelle. Veel te koud op het terras in de koude wind, de zon is inmiddels onder, we gaan binnen aan de bar staan. Juan is hier ook en zegt tegen de eigenaar, dat hij ons een glas rode wijn uit een bepaalde fles moet inschenken. Das inderdaad veel lekkerder dan de normale huiswijn, maar een glas kost dan ook maar liefst € 1,50 :). 
Terug naar de kamer, scheren en vroeg op bed, slaap inhalen.

TERUG NAAR VORIGE DAG                         VERDER NAAR VOLGENDE DAG

 

3 Oktober 2018: Naar Vilela 21 km

Het ontbijt in het hotel is goed: 3 pan tostada, sapje, koffie. Normaal bij de overnachting voor € 25 inbegrepen, maar omdat ik via booking.com heb geboekt kost het € 3. De provisie moet toch terug verdiend worden. Overigens rekent de Pool die het ontbijt verzorgt mij slechts € 2, hij mag mij blijkbaar. Even het centrum in, bij de kerk kijken.
Ik zie geen andere pelgrims, heb Debby gewaarschuwd dat ze goed op de route-aanduidingen moet letten. Vanwege de varianten is het op enkele punten goed opletten om niet van de kustroute afgestuurd te worden, de route door de bergen op. Afijn, Kurt heeft dezelfde gids, ze zullen wel samen lopen. Het eerste stuk is makkelijk, richting Santiago wordt aangegeven, alleen niet via welke variant.
Na het centrum het eerste stuk weer langs het strand, heel mooi met dit heldere weer, op deze rustige ochtend. Over mijn schouder kijkend zie ik de zon aanstalten maken boven de kliffen uit te gaan komen.
Al snel komt er een belangrijke splitsing, niet naar links maar rechtsaf een betonpad af naar sportvelden, de beschrijving in mijn gids is duidelijk. Over een bruggetje, omhoog, dan een smalle asfaltweg die naar de zee draait.
Het kustpad dat ik nu volg loopt over de bovenrand van de kliffen, die hier wel duidelijk lager zijn dan de voorgaande dagen.
Dan beschrijft de gids een stukje route dat eigenlijk onmogelijk is. Een geitenpaadje dwars door borsthoge struiken, krassen op mijn blote benen en armen, gelukkig maar 200 meter te gaan. Aan de andere kant kom ik op een veldpaadje bovenlangs de kliffen.
Als ik het geweten had, had ik toch een route eromheen gezocht. Maar goed, beetje avontuur hoort erbij. Kort hierna kom ik boven langs een ingesloten strandje.
Er valt vandaag weer veel te genieten. Achter dit strandje ligt de Playa de Serantes. Ik volg het mooie pad nog 3 kwartier bovenlangs en dan gaat het naar beneden door Villamil, dan na Santa Gadea langs de Ermita de San Lorenzo,
een asfaltweg, daarna een vlonderpad naar de Playa de Penarronda.
Aan de andere kant van het strand gaat de route omhoog en komt langs Restaurante Parajes, met een terrasje met heerlijk uitzicht. 
Bovenaan de klif de hoek om, dan volgt een lang stuk asfalt tot de rotonde met daarachter de onderdoorgang van de autobaan. In weerwil van de gids besluit ik het voetpad links van de autobaan te volgen, omdat ik vanaf hier een mooie blik op Ribadeo heb.
Aan de overkant draai ik rechts onder de autobaan door, en iets verder weer rechts terug onder de autobaan door richting het centrum van Ribadeo.
De route loopt onderlangs de rivier, langs de haven,
en slingert dan omhoog door enkele straatjes naar de Praza España. Volop drukte hier, enkele terrasjes, ik ga ergens zitten voor een koffie en krijg er 2 churros bij. Vanaf het terras een mooie blik op het dominant aanwezige gemeentehuis.
Na de koffie ga ik aan de overkant bij de toeristeninfo een stempel halen, binnen een replica van de Spaanse vloot.
Nog 7 km tot Vilela, na Ribadeo gaat het geleidelijk aan omhoog, weg van de kust. Dat waren prachtige etappes, nu komen de bergen. Buiten Ribadeo nog een blik terug op de zee om afscheid te nemen.
Ik kan goed merken dat de wind geleidelijk minder wordt nu de route wegdraait van de zee. het petje tegen de fel brandende zon heb ik al een tijdje op. Iets na 14 uur kom ik in Vilela, maar een bord naar de bar met herberg ontdek ik niet. Loop het hele dorp door, en aan het uiteinde twijfel ik: iets gemist? Een vrouw leunt uit een bovenraam, dus ik vraag het voor de zekerheid. Nog 200 meter verder, na de bocht ligt bar A Pena de Vilela. Draai ik de bocht om, zitten Debby en Kurt al met een biertje op het terras. 
Ik ga binnen inschrijven, bestel een biertje en een tosti, maar ga binnen zitten. Voorlopig genoeg zon gehad vandaag. Daarna naar de slaapzaal achter de herberg, 10 lage bedden en 1 stapelbed, 2 badkamers, keuken, achter een mooie zittuin met waslijn. Wij zijn de enge 3 pelgrims vandaag. Douchen, handwasje kleren, even rusten, dan naar het terras (schaduwkant) met een koffie voor mijn schrijf- en leeswerk. Ik krijg een appje van Jacques, of ik 31 oktober met hem dezelfde lezing wil geven als in maart in Elst in theater de Kik, nu in de ABN-AMRO-soos  voor pensionado’s. Leuk! 

Om 19 uur gaan we terug naar de bar, een mooi oefenbord hier met allemaal knopen.
In de eetzaal achter gaan we eten, maar de dochter van de baas heeft duidelijk weinig zin in de bediening, het chagrijn spat er van af. Ze krijgt niet uitgelegd wat de 1e en 2e gang inhouden en doet ook geen moeite dat duidelijk te krijgen. Gokwerk dus. Debby vissoep, Kurt en ik macaroni, en als 2e gang albondigas. Mwah, wel eens beter gekregen. Mijn toetje wordt koffie, om 21 uur naar bed, nog een stukje lezen op de E-reader.

TERUG NAAR VORIGE DAG                         VERDER NAAR VOLGENDE DAG

4 Oktober 2018: Naar Vilanova de Lourenzá 21 km

Om 8 uur gaan we naar de bar voor het ontbijt, vader helpt ons, de dochter gaat met de auto naar school. Het is heel helder weer, maar nog fris. Een half uur later gaan we op pad, meteen klimmen met een mooi gezicht op het dal met wolkenflarden.
Het belooft weer een supermooie dag te worden. De terugblik richting Vilela is erg mooi,
maar ook voor ons is het puur genieten van het landschap.
Debby, Kurt en ik hebben gezelschap van onszelf:
Erg mooie route, na een uur met het nodige klimmen zicht op San Vincente in de laagte.
De route gaat over stille wegen, door A Ponte met zijn kerkje.
We klimmen verder naar Vilamariz, wat beloond wordt met wederom uitzicht.
Na ongeveer 8,5 km bereiken we het hoogste punt voor vandaag, 367 m. Vanaf hier begint de afdaling naar Vilamartin Grande.
Eindelijk vinden we in dit plaatsje een bar die open is, Bar Tentempé, koffie, sapje en een stuk notencake. Verder afdalen richting San Justo, over asfaltwegen, maar erg weinig verkeer.
In San Justo is Bar A Curva ook open, met dit zonnige weer drink ik graag een cola. Mijn banaan heb ik onderweg al opgegeten. Op de laatste 5 km komen we langs een klein grafmonument voor een vorig jaar overleden pelgrim.
In Vilanova de Lourenzá lopen we eerst door het centrum, dan moet ik links aanhouden richting Casa Gloria. Kurt en Debby gaan naar rechts waar ergens de nieuwe herberg Castelos Lourenzá moet liggen. We spreken af de rugzak weg te brengen en dan terug te keren bij de bar bij de kathedraal. Ik meld me aan bij Casa Gloria, krijg een mooie kamer met toegang tot de badkamer via klapdeuren. In de tuin staat een wasmachine, en waslijnen om de was te drogen te hangen. Ik zet eerst mijn rugzak weg en loop terug naar de bar. Bestel een grote bier en een bocadillo en nestel me op het terras in de schaduw. Maar geen Kurt of Debby. Ik vermaak me hier een uur met alle activiteiten rondom de kathedraal, ga dan terug naar Casa Gloria. Staan Kurt en Debby in de tuin! Konden eerst hun herberg niet vinden, toen bleek die gesloten te zijn wegens verbouwing, en zo zijn ze alsnog hier terecht gekomen. Ze hebben al gedoucht, en hun was zit al in de machine. Nou, dan ga ik dat ook maar gauw doen.

Tegen 18 uur lopen we richting de kathedraal, maar die is dicht en blijft dicht. Raar.
De kathedraal heeft een erg mooie en bekende façade, blijkt van dezelfde architect te zijn die ook de façade van de kathedraal in Santiago heeft ontworpen. Hij deed eerst deze, en toen die beviel die van Santiago als een soort kopie. We drinken een biertje op een terras, kopen water en fruit voor morgen, en gaan eten bij Galaxia. Ik neem een grote ensalada mixto, zij samen een grote pizza. Daarvan eet ik later nog 2 punten mee, zo groot was die. Met een fles Rioja Crianza een heerlijk maal, met koffie na. 
Om 21.15 uur terug in de Casa, in de woonkeuken werk ik mijn dagboek bij. Morgen 2 opties, ik ga voor de hoge variant, die weliswaar 4 km korter is, maar volgens de gids wel vreselijk steil klimmen vanaf Mondoñedo. We zullen zien. Bedtijd! Ter afsluiting een foto van een wandkleed over de camino dat in Casa Gloria hangt.

TERUG NAAR VORIGE DAG                         VERDER NAAR VOLGENDE DAG

5 Oktober 2018: Naar Gontán/Abadín 22 km

Heerlijk geslapen, erg rustig hier. Om 7.30 uur gaan we ontbijten in de woonkeuken, de gastvrouw heeft ons ontbijt klaargezet in de koelkast: een soort gebakjes uit de eigen confitería, melk met cornflakes, sapje, koffie kunnen we zelf zetten. Kwart over 8 naar buiten, erg fris, voor het eerst ’s morgens mijn vest aan. Nog een klein stukje bebouwde kom, dan meteen steil omhoog over een mooi bospad. Na 3 km komen we “boven” aan in Grove, mooi uitzicht.
Een mooie route, veel onverharde wegen door enkele gehuchtjes, in Grove zelf lopen we onder een horreo door. Kort na Grove een oud pad door een zogenaamde holle weg.
Het volgende gehucht waar we door lopen is San Pedro met zijn Capela de San Pedro da Torre, dicht natuurlijk.
Het blijft continu stijgen en dalen over mooie oude weggetjes, 1,5 km verder komen we bij de Capela de San Paio in San Pelayo.
Vanaf hier zie ik Mondoñedo in de vlakte liggen. De eerste km door de buitenwijken is weinig verheffend, maar daarna kom ik door enkele oude straatjes bij de Praza da Catedral, met zijn kathedraal uiteraard.
Alhoewel, kathedraal?
Eerst even op het terras, waar al zo’n 15 tot 20 pelgrims zitten. Tijd voor koffie met een napolitano. Kurt en Debby zeggen me toch voor de lagere en langere variant te kiezen. Die is 4 km langer dan mijn 13 km lange, hoge route, maar de hoge route is veel steiler, overwint veel meer hoogtemeters en heeft het tweede stuk weinig schaduw. En de zon schijnt volop. Toch heb ik er zin in, mijn lijf testen. Bovendien is op beide varianten onderweg niets te krijgen, dus voldoende water meenemen. Debby gaat ondertussen de kathedraal bekijken, maar komt al snel terug. Is nu een museum, nog gesloten, fotograferen en filmen mag niet, wel 2 mooie stempels bij de desk. Dan ga ik die stempels maar halen en beperk mijn bezichtiging verder tot de buitenkant, hier op het terras aan dit mooie plein geniet ik al genoeg. Na een tweede koffie nemen we afscheid, en zoek ik mijn route door Mondoñedo. Volgens de gids zou ik de in de straat gelegde schelpen moeten volgen, maar die ben ik al snel kwijt. Ik zie een bordje “Camino” en volg dat. Dan zie ik al snel Kurt en Debby een stuk beneden mij lopen, mijn weggetje lijkt ook op die weg uit te komen. Shit, verkeerd. Even twijfel ik nog, signaal van boven om niet de hoge te nemen? Maar nee, kom op zeg, ik heb mijn zinnen gezet op de klim, en loop terug. Waar ik bij het bord afgeslagen ben ga ik nu de andere kant op, en dan zie ik de Santuario da Nosa Señora dos Remedios opdoemen, dat is mijn route! Vanaf hier gaat het verder goed en kan ik de duidelijke route-aanduidingen weer volgen. In het gehucht Rego de Cas kom ik langs een oud kruisbeeld.
De eerste 2,5 km na Mondoñedo zijn relatief vlak, maar in Cesuras sla ik linksaf en begint het klimmen. Het wordt steeds steiler, het eerste stuk nog wel in de schaduw maar desondanks zweet ik me rot. Halfweg wordt het opener, minder schaduw, mooi uitzicht.
Voordeel nu de bomen weg zijn is dat de wind vrij spel heeft, en de wind zorgt af en toe voor een heerlijke verkoeling nu ik hoger kom. Verder stop ik vaak voor een kort moment, adempauze en water drinken. Het klimmen valt me echter best mee, ik vorder gestaag, hier boven lopen paarden los die schichtig verdwijnen zodra ik in beeld kom.
Dan heb ik het hoogste punt voor vandaag bereikt, 670 meter, het is 12.50 uur! In iets meer dan een uur heb ik 500 meter hoogteverschil overwonnen, ik ben trots op mijzelf. En ik geniet volop, het is hier zo mooi en zo rustig, ik zie geen enkele andere pelgrim. Enige nadeel is misschien dat er geen enkele geschikte plek is om even te zitten. Uiteindelijk besluit ik tegen een km-paaltje op de grond te gaan zitten voor mijn fruit en kaasjes. Na 20 minuten weer verder, mooie uitzichten wisselen elkaar af.
Eindelijk kom ik iemand tegen, een boer in een auto. Eenmaal op hoogte kent de route nog wat “ups en downs”, ik kom langs een grote stal waar een grote hond tekeer gaat en gelukkig aan de ketting ligt. Het heidelandschap hierboven is erg mooi.
Dan begint de geringe afdaling naar Gontán en Abadín, die beide nog op een hoogte van 500 m liggen. Tegen half 3 kom ik in Gontán langs een terrasje waar Stephan en Josef zitten. Zij zijn vanmorgen in Mondoñedo gestart, hebben ook de hoge route genomen, maar zijn behoorlijk moe, waarschijnlijk nog van de lange wandeldag gisteren zeggen ze. Ik besluit 700 m verder te lopen en ben dan bij Albergue Xabarín in Abadín, waar ik een bed gereserveerd heb. Een zeer vriendelijke dame, Pilar, spreekt Engels, schrijft me in en legt het nodige uit. Zij heeft mij samen met Kurt en Debby ingedeeld in een kamer met 3 stapelbedden (zij hadden bij hun reservering gemeld dat hun amigo Harry hier ook sliep). De toegangsdeuren voor en achter en de slaapkamerdeur werken met een pasje, er zijn 2 mooie badkamers, een grote leefruimte met keuken, en achter een grote tuin met waslijnen. In de keuken staan gratis spullen om te pakken zoals koffie, koekjes. De bedden hebben eigen beddengoed, en we krijgen een grote handdoek. Voor € 15 is dit nagenoeg gelijk aan hostalkwaliteit. Bij de indeling van de kamers schat Pilar de drukte in, zij verdeelt de pelgrims zoveel mogelijk over alle kamers en stouwt niet eerst alle bedden in een kamer vol. Mooi. Dan douchen en buiten kleren wassen, daarna 100 meter verder tegenover elkaar 2 bars/restaurants. Ik ga binnen zitten (uit de warme zon) en beloon mijzelf na deze prachtige, inspannende dag op een grote bier.
Ik bestel er ook een grote ensalada mixta bij, wat vitamientjes kan ik nu wel gebruiken. Aan een andere tafel naast me zijn 4 Spanjaarden gaan zitten, die zojuist bij de bar aan de overkant hun rugzakken en een rolkoffer hebben opgehaald. Wordt dit het beeld voor de komende week, de laatste 120 km, rugzakvervoer?
Met een kop koffie begin ik mijn dagboek bij te werken, dan zie ik Kurt en Debby langs komen. Zij gaan op het terras, zitten, ik schrijf mijn verhaal af en ga dan met een kleine caña bij hen zitten. Ik krijg bericht van Janny, Wouter en Jaleeza hebben een zoon, Riv!
Bij de supermercado haal ik een appel, banaan en water, Debby koopt hier avondeten voor haarzelf, voor in de herberg, omdat het restaurant pas om 19.30 uur opent. Om half 8 lopen Kurt en ik naar het restaurant, maar Debby loopt mee? Zij heeft haar eten al op en hoeft niets meer, maar drinkt wel mee met de wijn die wij bij ons menu krijgen. Voor de rest kijkt zij toe hoe wij een empanada met vlees, en daarna pollo met frietjes wegwerken. Vreemd, kan ze niet een uurtje alleen zijn? Ik merk dat ik me meer aan haar ga ergeren, elke dag hetzelfde verhaal, in de USA kun je overal de hele dag door eten, wat je maar wil, en elke dag wil ze pulpo eten. Ik ga haar de komende dagen meer negeren, heb geen zin in ergernissen.

Terug in de Albergue raak ik in gesprek met een Nederlands echtpaar dat vanaf huis is vertrokken. Van hen krijg ik de tip voor een hostal in Baamonde, omdat ik geen zin heb in het grote klooster daar te overnachten. Ik regel dat meteen op internet, om half 10 naar bed. Wij bezetten de 3 onderbedden, de bovenbedden blijven leeg.

TERUG NAAR VORIGE DAG                         VERDER NAAR VOLGENDE DAG