Woensdag 31 augustus 2016
Vandaag maar 12 km tot Fisterra, dus geen wekker, we zijn relatief laat weg. Vanuit Hotel Larry lopen we richting de boulevard zodat we langs de zee naar buurgemeente Corcubión kunnen lopen.
Als we de eerste bocht door zijn lopen we op de haven van Corcubión af, die er op deze fraaie ochtend mooi bij ligt.
Duidelijk dat het eb is.
Vanaf de haven blikken we terug op de bocht met Cée.
We verlaten de haven en steken door naar de camino via de Praza Castelao, waar we ontbijtbar Cafetaria Pazo bezoeken voor een goed ontbijt. Even later komen Pierre en Patricia ook langs, die hebben hier dus ook ergens overnacht. De camino loopt langs de kerk San Marcos, behoorlijk ingebouwd, dan verlaten we de bebouwing en gaan via een holle weg, een echt authentiek pelgrimspad, van zeeniveau tot 100 meter hoogte.
Vanaf deze hoogte hebben we een mooie terugblik op de baai met Corcubión.
Vanaf Corcubión steken we een landtong over om aan de baai te komen waaraan Fisterra ligt, pas ergens tussen Amarela en Estorde krijgen we weer zicht op de oceaan. De route is mooi, vooral door de uitzichten, hoewel veel over asfalt gaat. Onderweg passeren we een huis dat van de eigenaar een echte pelgrimsmetamorfose heeft gekregen.
Vanaf Sardiñeiro gaan we weer een stuk omhoog, en na een bocht krijgen we zicht op Fisterra met helemaal links op de punt de vuurtoren van kaap Fisterra.
In de afdaling naar Escaselas komen we langs een baai met een mooi strand, het uitzicht op Fisterra raken we niet meer kwijt.
Dan, waar het 2 km lange strand van Fisterra begint, nemen we een pauze bij strandbar La Capanina. Hier heb je een prachtig uitzicht op het strand met Fisterra wat verderop. Heerlijk zitten hier op het terras.
Of het de warmte is, de sfeer, het einde van de camino, ik weet het niet, maar Jacques draait door. Hij gaat zwemmen zegt hij, loopt naar het strand, ontdoet zich van zijn kleren (op zijn onderbroek na dan), en loopt de zee in …. tot aan zijn enkels dan.
Volgens Jacques’ normen is het water ijskoud, maar afijn, zijn poging was dapper. Ik hang mijn wandelschoenen aan de rugzak en trek mijn sandalen aan, de rest naar Fisterra lopen we over het strand.
Aan het eind van het strand lopen we omhoog de bebouwde kom in, op zoek naar hotel Langosteira dat we gereserveerd hebben.
Nog even een terugblik op de route die we gelopen hebben, dan door naar ons hotel.
Ongeveer 200 meter voor het centrum komen we bij hotel Langosteira.
Zoals gebruikelijk nemen we eerst een biertje, en rond 13 uur gaan we naar onze kamer met nr. 206. Even opfrissen en dan in het centrum op zoek naar een restaurant om een menu te nuttigen, vanavond als we naar de kaap gaan zal daar weinig van terecht komen. Eerst even langs de haven van Fisterra, de lucht is verder open getrokken en wordt strakblauw. Dat belooft een mooie zonsondergang vanavond.
Bij restaurant Peppone aan de haven eten we lasagne met spinazie op het terras. Daarna lopen we naar de Albergue de Peregrinos waar een bureau van de OdT is; hier krijgen we de Fistellana als bewijs dat we de Camino Fisterra volbracht hebben.
We vragen meteen info voor morgenochtend over de bus terug naar Santiago. We gaan even rusten op onze hotelkamer en willen om 16 uur naar de visveiling aan de haven. In tegenstelling tot de beschrijving in onze gids vinden we dit nogal teleurstellend, er gebeurt nauwelijks iets. Wel leuk om te zien wat er zoal uit de zee meegebracht wordt, zelfs een kleine haai, maar van een veiling is weinig te merken, misschien gewoon een verkeerde dag getroffen. De haven en de sfeer eromheen boeien ons veel meer.
Voor we naar de kaap lopen willen we om half 6 nog ergens wat eten, maar dat valt niet mee. Bijna alle restaurants gaan pas om 19 uur of later open. In Nederland loop je dan naar een broodjeszaak of snackbar. Uiteindelijk kunnen we aan de haven bij meson Arco da Vella een spaghetti carbonara eten. Niet duur, maar meer dan vette vulling is het ook niet. Op weg naar de kaap krijg ik ontzettende aandrang om het goedje weer net zo snel te lozen, dat lukt uiteindelijk op een stil plekje in de natuur. Eerst komen we aan de rand van Fisterra langs de kerk Santa María das Areas.
Cabo Fisterra ligt op een hoogte van 140 m., maar de weg ernaartoe is goed te doen. Onderweg komen we langs een beeld van een pelgrim, die aan zijn houding te zien zwaardere omstandigheden had.
Steeds verder langs de zee, tot we na 3 km bij het postje aankomen dat 0,00 km aangeeft.
We gaan eerst even in de vuurtoren kijken en een stempel voor de credencial halen.
Dan gaan we in de bar wat drinken, het is hier vol, veel mensen die hier de tijd doden totdat het zover is om een plekje op de kaap te zoeken. Om half 8 doen wij dat ook, rijkelijk vroeg, maar het is een geweldige avond om buiten te genieten.
We vinden een mooi plekje, toch zit ik niet erg rustig. Druk hier, dat geeft enigszins rumoer, en een enkele zeer nadrukkelijk aanwezige Argentijn meent met zijn dronken gebral de omstanders aan het lachen te moeten maken. Toch is het niet dat wat me stoort, maar mijn eigen hoogtevrees. Als ik zie hoe dicht sommigen bij de rand komen, staand of zittend, met slippers aan, dan krijg ik al de bibbers in de benen. Raar is dat, zelf zit ik zo veilig als maar kan, maar ik wil toch echt niet meemaken dat er eentje naar beneden dondert. Neem bijvoorbeeld de man hieronder, die enkel voor een mooi plaatje risico neemt.
Uiteindelijk lukt het me rustiger te worden, ondertussen maak ik van verschillende zonsondergangfasen filmshots en foto’s. De mooiste foto’s zal ik hieronder weergeven.
Een beetje stil lopen we de kaap af terug naar het centrum, onze camino is nu echt voorbij. Ik realiseer me hoeveel mazzel wij hadden met het weer, van verscheidene andere pelgrims weet ik dat de camino naar Fisterra lang niet altijd droog verloopt, soms zelfs ronduit regenachtig. En dat er van een zonsondergang op de kaap lang niet altijd sprake is. geeft me direct een gelukkig gevoel dat ik dit wel mocht ervaren, het leven is echt mooi!
Het tempo naar beneden gaat omhoog, want ik heb dringend een WC nodig. Vooraan bij de haven van Fisterra duik ik bij Taberna Alara naar binnen, Jacques zoekt vast een plekje op het terras. Als ik van de WC afkom staat Jacques voor het terras te wachten, hij werd door de camerero naar buiten gedirigeerd, volgens hem een ongelikte brutale hond. Gaan we ons geld toch ergens anders besteden. Bij een volgende bar aan de haven drinken we een wijntje op het terras maar verhuizen later naar de serre, het koelt flink af
’s avonds. Toen we op het terras zaten kwam trouwens die dronken Argentijn langs, kreeg bij de buurvrouw geen drankje meer en werd meteen agressief. Wij voelden ons bijna geroepen om in te grijpen maar gelukkig kreeg zijn maat hem uiteindelijk meegetrokken. Wat een kwallebak zeg.
We sluiten af met een Chivas Regal en mogen van de serveerster bij het inschenken zelf “stop” zeggen. Bij het afrekenen van 2 wijn, 2 whisky en een fles water betalen we € 10, inclusief fooi. Maar goed dat dit in Nederland meer kost, je zou nog aan de drank raken zo. Om 23.30 uur zijn we terug in ons hotel.